zaterdag 27 april :
Vanmorgen omstreeks half zes word ik gewekt door een
kletterende hagelbui, die de ruiten van mijn slaapkamer geselt. Het heeft de
afgelopen nacht behoorlijk gespookt. Dit doet het ergste vrezen voor de vele
weidevogelpullen. Menig kievitskuiken, dat één dezer dagen uit het ei kroop,
zal moeite hebben om deze stortbuien te overleven.
Langs het Noord-Hollands kanaal is het jonge blad van
Canadese populieren net uitgelopen. Het tere blad tovert de nog open kronen met een oranje bruine zweem.
In de bermen naast het kanaal staan scherpe boterbloemen wat schuchter te
bloeien. Boterbloemen zijn giftig voor het vee, maar in hooi kan het geen kwaad
en verdwijnt deze. Het waait hard en het is buiig, maar gelukkig nog steeds
droog. Boven Zuid Schermer hangt een gordijn van water. Of zou het hagel zijn,
die zich als donkere grijze slierten tegen het dorp aan de horizon aftekenen?
Het water van het Alkmaarder meer tooit zich met woeste schuimkoppen. De klok
lijkt twee maanden terug gezet te zijn en met weinig verbeeldingskracht waan ik
mij gezien de koude onstuimige
weersomstandigheden in maart. De thermometer zal vandaag ternauwernood
11 graden Celcius laten zien. Als we op het toegangspad naar de boerderij staan geparkeerd trekt er
een buienzone, die gepaard gaat met hagel en regen over de Markerpolder en de
Starnmeer.
Grutto’s , eenden en scholeksters lijken zich bar weinig
van het miserabele weer aan te trekken. Er wordt druk gefoerageerd. Af en toe
breekt er ruzie los onder de diverse paartjes scholeksters, die elkaar dan
luidkeels achtervolgen met een indrukwekkende tepiet ceremonie. Vlakbij
scharrelt een paartje krakeenden rond over het grasland. Een gruttopaartje
verraadt haar nest door plotseling als een duvel uit een doosje achter een
nonchalante toevallig overvliegende kraai aan te jagen. Om even daarna met
uitgestrekte hals wat houterig en stiekem sluipend op de eieren te gaan zitten.
Wat verder op het land zitten we twee prachtige slobeendwoerden waakzaam te
zijn. Boerenzwaluwen, die nu volop aanwezig zijn, scheren zeer laag over het
gras om schaars vliegende insecten te verschalken. Toch zingen leeuweriken
later achter de boerderij boven de wind en regen uit. Een onverhoeds
verschijnende bruine kiekendief doet een wolk van luid roepende weidevogels boven de polder ontstaan. Een
onoplettende slome kievit wordt door de
traag ogende roofvogel met de poten van het gras geplukt. Waarna de
vogel even snel met haar prooi in de afhangende gele poten stilletjes verdwijnt net zoals hij luttele
seconden daarvoor zo heimelijk gekomen was. Tegen de middag overheersen de
zonnige perioden. Als we ons aan de meegebrachte koffie verwarmen, zien we een
tweetal dromerige lepelaars langs een sloot in de Starnmeer staan. Op het
hoogwaterperceel treffen we een nestje grutto eieren aan waar de pullen in de
gesloten eierschalen aan het piepen zijn. Zo maken de kuikens alvast contact
met de oudervogels, terwijl ze nog niet uit het ei gekropen zijn. Vandaag
worden er heel wat grutto nesten gevonden. Er struinen zelfs hier en daar nog kievits pullen rond op het zojuist ingezaaide
maïsland. De komende twee weken heb ik vrij. Misschien dat het weer zich
wat vriendelijker zal laten zien.
Reacties
Een reactie posten